PPO Database - onderzoekslijnen
Onderzoekslijnen | Alle projecten | Alle publicaties en voordrachten | Instituten | |||
Onderzoekslijn 222 | ![]() |
Categorie | Klinisch d. Infectie, afweer, allergie |
Trefwoord 1 | colitis ulcurosa |
Trefwoord 2 | inflammatory bowel disease |
Omschrijving | Inflammatoire darmziekten (IBD), bestaande uit de ziekte van Crohn (CD) en colitis ulcerosa (UC), is een chronische ontstekingsziekte van het maag-darmkanaal met een wereldwijd toenemende incidentie en prevalentie. In Nederland is momenteel bij meer dan 87.000 personen de diagnose CD of UC gesteld er komen er jaarlijks 39 nieuwe individuen per 100.000 inwoners bij. Het doel van de behandeling is het immuunsysteem van het lichaam enigszins te onderdrukken. Voor de behandeling van IBD zijn verschillende behandelingsopties beschikbaar, waaronder onder andere thiopurines en de kostbare ‘biologicals’. Wanneer de behandeling niet goed aanslaat, is een operatie van het maag-darmkanaal vaak de enige mogelijkheid. De hoeksteen van de behandeling blijven echter de thiopurines, zoals azathioprine (AZA) en mercaptopurine (MP). Thiopurines zijn bij ca. 50-60% van de patiënten langdurig effectief. Een nadeel van deze immunosuppressiva is dat het vaak 2-4 maanden duurt voordat het effect intreedt. Verder faalt 30-40% van de patiënten vanwege (vroege) bijwerkingen of uitblijven van het effect. In dat geval zal er over moeten worden gestapt op de duurdere biologicals. Optimalisatie van therapie is daarom noodzakelijk. Dit wordt nagestreefd door middel van bloedspiegel bepalingen van het geneesmiddel. De relatie van de bloedspiegel met de effectiviteit is niet geheel duidelijk, en deze bepaling kent hierdoor zijn grenzen. Het klinisch chemisch laboratorium (KCHL) van Zuyderland MC heeft onlangs een methode ontwikkeld om de activiteit van het zogenaamde Rac1 eiwit in witte bloedcellen te meten. Hiermee is het mogelijk geworden de effectiviteit van thiopurines op eiwitniveau te bepalen, wat mogelijk veel waardevoller is dan de huidige bloedspiegel bepaling om de klinische uitkomst van thiopurines te voorspellen. Een meting gebaseerd op het daadwerkelijke werkingsmechanisme van deze geneesmiddelen kan als hulpmiddel dienen om de dosering te optimaliseren om zo de effectiviteit te maximaliseren en optreden van bijwerkingen te minimaliseren. Deze studie stelt als doel aan te tonen dat een meting van de activiteit van het Rac1 eiwit doeltreffender is om het uiteindelijke effect en eventueel toxiciteit van thiopurines in een vroeg stadium te voorspellen dan de huidige bloedspiegel meting. Door met deze nieuwe meting de effectiviteit en toxiciteit van het geneesmiddel in een eerder stadium (na ca. 1 week) te kunnen voorspellen, zal de kwaliteit van leven van patiënten met IBD aanzienlijk kunnen worden verbeterd. Enerzijds doordat patiënten sneller op de juiste dosis ingesteld kunnen worden en eventuele toxiciteit te voorkomen, anderzijds doordat men tijdig over kan stappen op een ander geneesmiddel als dat nodig is. Op deze manier wordt het beperkte arsenaal aan behandelingsopties zo optimaal en veilig mogelijk ingezet. |
Onderzoeksleider laboratorium | Dr.ing. M.P.G.(Math) Leers |
Mede-onderzoeksleiders | Dr. A. Bodegraven, MDL-arts, Zuyderland MC Dr. D. Wong, apotheker, Zuyderland MC |
Instituut | Zuyderland locatie Brunssum Brunssum |
Periode | 1-2018 - 1-2024 |
Projecten |