Gedragscode voor NVKC Registerleden

Preambule

Als waarborg voor betrouwbaarheid en kwaliteit hanteert de Nederlandse Vereniging voor Klinische Chemie en Laboratoriumgeneeskunde een gedragscode die zich laat omschrijven door de hierna weergegeven tekst.

Deze gedragscode is een globaal geformuleerde neerslag van een aantal in de beroepsgroep aanvaarde regels. In de praktijk vindt hij zijn uitwerking. Naast de regels zoals nu geformuleerd ontstaat jurisprudentie en worden door de beroepsgroep standpunten ingenomen die mede bepalend zijn voor de gedragingen van de beroepsbeoefenaren. Behalve de hier geformuleerde regels maakt het geheel van ongeschreven gedrag, standpunten en meningen mede deel uit van de beroepsethiek.

De Algemene Vergadering der NVKC

  • Overwegende, dat door de registerleden en leden de behoefte wordt gevoeld aan codificatie van normen betreffende de ethiek van het beroep van klinisch chemicus;
  • Overwegende, dat de klinisch chemicus zich toetsbaar opstelt;
  • Overwegende, dat een omschrijving van normen in de beroepsethiek van belang is voor de plaatsbepaling van de klinische chemie in de gezondheidszorg en voor de kwaliteit van de beroepsuitoefening van de registerleden der NVKC;
  • In aanmerking nemende dat geen volledige opsomming kan worden gegeven van alle richtlijnen betreffende de beroepsethiek;

heeft de navolgende gedragscode voor de geregistreerd klinisch chemicus vastgesteld op 9 oktober 2003, met dien verstande dat waar voor personen de mannelijke vorm is gebruikt, de mannelijke c.q. de vrouwelijke vorm moet worden gelezen.

Gedragscode voor Klinisch Chemici

  • De klinisch chemicus stelt zijn kennis en kunde inzake laboratoriumonderzoek ten dienste van de diagnose, therapie en preventie van ziekten van de mens.

Toelichting. In de gezondheidszorg wordt veelvuldig gebruik gemaakt van laboratoriumonderzoek. Dit onderzoek wordt gebruikt bij de diagnose, therapie en preventie van ziekten. Laboratoriumonderzoek vormt een wezenlijk bestanddeel van het hedendaagse voorzieningenpakket. De verantwoordelijkheid voor de toepassing van klinisch chemische analyses ten behoeve van de gezondheidszorg is in handen van de klinisch chemicus. Hij draagt daarmee bij aan het peil van de gezondheidszorg.  

 

  • De klinisch chemicus streeft met de hem ter beschikking staande en te verkrijgen middelen naar een optimale vervulling van zijn taak. Daarbij weet hij zich in professionele zin, binnen redelijke grenzen, onafhankelijk .

Toelichting. De gemeenschap heeft de klinisch chemicus het vertrouwen geschonken zorg te dragen voor de uitvoering van het klinisch chemisch onderzoek. Het is zijn opdracht aan deze verwachting te beantwoorden. Van de klinisch chemicus mag worden verwacht dat hij voor het klinisch chemisch onderzoek het best haalbare nastreeft. Hij doet dit voor de gezondheid van de mens in het algemeen, en voor de patiënten waarvoor hij met zijn laboratorium werkt in het bijzonder. Hij draagt er zorg voor dat zijn laboratorium is voorzien van adequate apparatuur en middelen, en dat het wordt bemand door personeel dat qua kennis, kunde en instelling berekend is op zijn taak. Vanzelfsprekend weet hij zich daarbij beperkt door eindige mogelijkheden en middelen. De begrenzingen waar hij zich mee geconfronteerd kan zien zijn van ethische, technische, organisatorische en financiële aard.  

 

  • De klinisch chemicus staat naar beste vermogen ten dienste van de individuele patiënt.

Toelichting. Het hoeft geen betoog dat in de afwegingen die de klinisch chemicus voortdurend maakt het belang van de patiënt op de eerste plaats komt. Aan zijn betekenis voor de patiëntenzorg ontleent de klinisch chemicus uiteindelijk zijn bestaansrecht. De klinisch chemicus waakt over het belang van de patiënt, de patiënt als groep en als individu. De rol van de klinisch chemicus ten opzichte van de patiënt is beslist niet louter passief. Zo nodig treedt hij actief naar voren. In het geval van de individuele patiënt, zal hij zich daarbij echter in principe gehouden weten het beleid van de behandelaar te volgen. Mensen die van de diensten van de geneeskunde gebruik maken verkeren vaak in een kwetsbare positie. Ze geven persoonlijke geheimen prijs. Ze leveren zich over aan de zorgen van anderen, ervan uitgaand dat deze hun belangen zo goed mogelijk dienen. Dikwijls zullen ze zich anders gedragen dan wanneer ze zich gezond in hun eigen omgeving bevonden. Vanzelfsprekend dient de patiënt en ook zijn lichaamsmateriaal met respect benaderd te worden. Gezien de gevoelige situatie waarin de patiënt verkeert is hierbij extra begrip op zijn plaats.

 

  • De klinisch chemicus gedraagt zich ten opzichte van zijn medewerkers, collegae, beroepsgroep en de samenleving eerlijk en verantwoordelijk en stelt zich toetsbaar op.

Toelichting. Gegeven het primaat van het patiënten belang, gaat de verantwoordelijkheid van de klinisch chemicus echter verder. In zijn afwegingen heeft hij te maken met zijn medewerkers, collegae klinisch chemici en andere specialisten, zijn beroepsgroep en de samenleving. Ten opzichte van zijn medewerkers heeft de klinisch chemicus een speciale positie en verantwoordelijkheid. Zij verwachten dat hij weet waarvoor hij staat. Voor hen is hij bij uitstek de representant van de klinisch chemische professie in haar ruimste betekenis. Het professionele handelen van de klinisch chemicus kan op haar beurt niet los worden gezien van de collegae specialisten en de beroepsgroep. Dit gaat verder dan collegialiteit waarbij men elkaar met kennis en kunde bijstaat en concurrentie op louter financiële gronden vermijdt. De beroepsgroep is van wezenlijk belang vanwege haar rol bij de opleiding, nascholing, kwaliteitsbewaking en de uitvaardiging van richtlijnen en adviezen betreffende het vak. De beroepsgroep speelt een sleutelrol in de maatschappelijke situering van de klinisch chemicus. Bij zijn handelen zal de klinisch chemicus de betekenis van de vertegenwoordiging door zijn beroepsgroep op waarde weten te schatten. Onzorgvuldig handelen heeft repercussies voor de collega's, want het imago van de beroepsgroep straalt af op haar individuele vertegenwoordigers. In het algemeen geldt dat handelingen, die het vertrouwen in de beroepsgroep ondermijnen vermeden dienen te worden. De verantwoordelijkheid van de klinisch chemicus ten opzichte van de samenleving komt voort uit de sleutelpositie van de klinisch chemicus in dit deelgebied van de gezondheidszorg. De samenleving investeert veel geld in de gezondheidszorg. De klinisch chemicus dient er zich van bewust te zijn, dat hij werkt met gelden van anderen. Deze verwachten van hem, dat hij die gelden verantwoord gebruikt. Dat wil zeggen, zodanig dat hij met zijn specialistische kennis een optimale bijdrage levert aan de gezondheidszorg. Daarbij mag de samenleving van de klinisch chemicus als laboratorium-expert tevens verwachten dat hij zorgvuldig om weet te springen met grondstoffen en hulpbronnen en zorg draagt voor een goede afvalverwerking.  

 

  • De klinisch chemicus vermijdt misleiding in professionele en wetenschappelijke zin, zoals fraude, plagiaat, verzwijging, ongepast weglaten van informatie en het doen van onjuiste of misleidende uitlatingen.

Toelichting. Misleiding en achterhouden van informatie zijn uit den boze voor ieder die vertrouwen geniet en dat wenst waar te maken. Zo ook voor de klinisch chemicus. Om vertrouwen te verkrijgen en behouden is een open en eerlijke opstelling vereist. De klinisch chemicus moet kunnen uitkomen voor gemaakte fouten. Onbekendheid met een gemaakte fout is te betreuren, het maskeren ervan is verwerpelijk. Angst voor prestigeverlies en trots zijn in deze slechte raadgevers. Zij effenen het pad naar misleiding. De klinisch chemicus dient niet alleen bereid te zijn tot het geven van kritiek, maar ook open te staan voor het ontvangen daarvan. Deze houding is een voorwaarde voor het winnen van vertrouwen en het behouden daarvan, ongeacht of dit nu de adviezen betreft die hij als klinisch chemicus geeft, of de resultaten van het onderzoek waarvoor hij verantwoordelijk is.  

 

  • De klinisch chemicus draagt zorg voor een hoge kwaliteit van zijn professioneel geleverde inspanningen, waaronder advies over de indicatiestelling van onderzoek en vervolgonderzoek, de betrouwbaarheid van onderzoeksresultaten, de interpretatie van testresultaten en wetenschappelijk onderzoek.

Toelichting. De kwaliteit van zijn inspanningen dient de klinisch chemicus te toetsen aan daarvoor geldende procedures en normen. Zo zal hij deelnemen aan gangbare kwaliteitsverhogende activiteiten. Op de resultaten daarvan reageert hij adequaat. Dat garandeert dat de aanvragers van onderzoek kunnen vertrouwen op de juistheid van geleverde uitslagen. Daarbij zal de klinisch chemicus aanvragers ook weten te informeren over de zeggingskracht van uitslagen en zich buigen over de indicatiestelling van aangevraagd onderzoek. Overbodig, maar ook onvolledig onderzoek dient te worden vermeden, vervolgonderzoek waar nodig te worden geadviseerd.  

 

  • De klinisch chemicus draagt zorg voor de instandhouding en uitbreiding van zijn professionele kennis en kunde, en draagt deze op representatieve wijze uit.

Toelichting. De klinisch chemicus is in het laboratorium de eerst aangewezene die inzicht heeft in de betekenis van klinisch chemische analyses en de verstoringen die bij analyses kunnen optreden. Zijn positie in deze brengt met zich mee, dat hij er voortdurend naar streeft zijn professionele kennis op peil te houden, en waar nodig uit te breiden. Van iemand die zegt dat hij zijn kennis koestert, mag worden verwacht dat hij ook kennis bezit. Daarop kan hij worden aangesproken. Dit gegeven biedt voor de patiënt, diens behandelaar(s) en de zorgverzekeraars een waarborg voor kwaliteit. Het vormt, tezamen met een open en eerlijke opstelling, waarin ook de grenzen van zijn kennis kunnen worden aangegeven, een garantie voor de betrouwbaarheid van het functioneren van de klinisch chemicus als professional.

 

  • De klinisch chemicus bewaart de vertrouwelijkheid van de informatie die hij heeft verkregen door laboratoriumonderzoek of andere professionele activiteiten; hij waakt tegen misbruik van dergelijke informatie.

Toelichting. De medische wereld hecht terecht veel waarde aan het beroepsgeheim. Daar houdt ook de klinisch chemicus zich aan. De patiënt mag ervan uitgaan, dat zijn gegevens vertrouwelijk worden behandeld. De opstelling van de klinisch chemicus hierbij weerspiegelt de bindende regels die de wetgever heeft uitgevaardigd. In feite geeft hij inhoud aan die wetgeving door zijn toezicht en regelgeving in de praktijk. Daar waar de regelgeving op gespannen voet staat met andere belangen zal hij, al dan niet na consultatie van collegae of anderen, een redelijke afweging maken. In die situaties zal hij tenminste trachten de voorschriften en zijn andere eigen uitgangspunten naar de geest na te leven.  

 

  • De klinisch chemicus komt op voor optimale veiligheid en welbevinden van patiënten, medewerkers en collegae; hij heeft aandacht voor het belang dienaangaande van maatschappij en milieu.

Toelichting. In het algemeen zal de klinisch chemicus waken over de veiligheid van allen voor wie hij verantwoordelijk is. Daarbij kan hij zich echter wel eens geplaatst zien voor situaties waarin het belang van de ene groep strijdig is met dat van een andere. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer zijn medewerkers kunnen worden blootgesteld aan besmettingsgevaar. Strikte handhaving van de privacy van de patiënt komt in dat geval niet overeen met het belang van de andere betrokkenen. Bewaking van de veiligheid zal dan een hoge prioriteit moeten krijgen. De klinisch chemicus draagt zorg voor de veiligheid in het laboratorium, maar ook erbuiten voor zover personen of het milieu bedreigd kunnen worden door toedoen van het klinisch chemisch laboratorium.  

 

  • De klinisch chemicus zal mogelijke of daadwerkelijke verstrengeling van belangen vermijden.

Toelichting. Eerlijke en verantwoordelijke afweging en besluitvorming naar de maatstaven zoals hiervoor geschetst vereisen een onafhankelijke positie. Daarom moet de klinisch chemicus er tegen waken dat hij beïnvloedbaar wordt. Dat ligt met name voor de hand bij verstrengeling van belangen. Vaak gaat het om materiële zaken. Soms kunnen ook immateriële in het geding zijn, bijvoorbeeld dwingende overtuigingen die hij bezit. Er is een geleidelijke overgang van algemeen aanvaarde beïnvloeding, zoals in het geval van kleine door de industrie aangeboden geschenken, tot aan situaties die vallen onder het begrip corruptie. Bij de vaststelling van de grens tussen wat wel en niet meer toelaatbaar is spelen algemeen aanvaarde maatstaven en persoonlijke opvattingen een rol. Een exacte plaatsbepaling omtrent het wel en niet acceptabele gaat in dit verband te ver. Openheid biedt in deze de belangrijkste garantie voor onafhankelijkheid. Zo is het verstandig in geval van gebaren, gemaakt door leveranciers, deze een open karakter te geven. Adviseurschappen kan men beter bekend maken. Niet het commercieel optreden van klinisch chemici is ontoelaatbaar, maar onvoldoende openheid van zaken en onduidelijkheid over de belangen die hij dient, vormen een gevaar. Belangenverstrengeling dient te worden vermeden.